Laat politici ons uitleggen hoe we naar 100% groene stroom gaan
Laat politici ons uitleggen hoe we naar 100% groene stroom gaan
5 januari 2017 – Het is hoog tijd dat politiek en overheid zich buigt over de vraag hoe we de markt zo organiseren dat investeerders kunnen blijven investeren in de bouw van een 100% groen én betrouwbaar systeem. Een bijdrage van Oscar Kraan en Gert Jan Kramer.
Vorige maand werd de winnaar bekend van de laatste bieding voor een windpark van 700 MW op de Noordzee. En zo volgen er de komende jaren nog vele. Volgens de planning moet het geïnstalleerd vermogen van offshore wind tot 2023 groeien tot 6600 MW. Dit naast meer dan 4000 MW wind op land en 6000 MW zonnepanelen. De prijs daalt, ‘de markt’ levert, en het elektriciteitsnet wordt snel groener. Maar zal ‘de markt’ al deze groene elektriciteit ook kunnen inpassen zonder dat de marktregels worden aangepast?
Is de elektriciteitsmarkt wel geschikt voor de verduurzaming?
Nederland heeft er in de jaren ’90 voor gekozen de elektriciteitsmarkt te liberaliseren en de ontwikkeling ervan over te laten aan marktpartijen. Nu de politiek de elektriciteitsmix wil verduurzamen onder druk van klimaatverandering is het de vraag of de elektriciteitsmarkt de juiste prikkels bevat om het systeem te verduurzamen terwijl de leveringszekerheid blijft gegarandeerd.
Hoewel zonnepanelen en windturbines snel goedkoper worden, zal dit alleen niet genoeg zijn om het elektriciteits-systeem volledig duurzaam te maken. Dat is een van de lessen die we kunnen trekken uit “die Energiewende”, de Duitse transitie naar groene stroom. In Duitsland bestaat 40% van het geïnstalleerd vermogen inmiddels uit zon en wind. Met de vele nieuwe windparken van de minister zal Nederland rond 2020 in eenzelfde situatie zitten. Maar uiteindelijk moeten we naar 100% als we klimaatverandering willen beperken. Actiegroep Urgenda heeft berekend wat dat zou betekenen: ongeveer 50 GW aan geïnstalleerd vermogen van wind en zon, ten opzichte van het huidige 18 GW geïnstalleerd kolen- en gasvermogen.
Prikkels voor investeerders
Sceptici zullen zeggen dat wanneer de zon niet schijnt of de wind niet waait de leveringszekerheid van elektriciteit in een systeem met zoveel wind en zon in gevaar is. De leveringszekerheid is echter wel degelijk te garanderen als er genoeg prikkels zijn voor investeerders om te investeren in de flexibiliteit van het energiesysteem. Deze flexibiliteit kan komen uit grootschalige elektriciteitsopslag, betere verbindingen met andere landen of voldoende back-up vermogen van bestaande fossiele elektriciteit (eventueel met CO2 afvang en opslag). Maar hoe worden in een geliberaliseerde elektriciteitsmarkt investeerders gestimuleerd investeringen te doen in back-up en flexibiliteit?
Nederlandse systeem versus een capaciteitsmarkt
Omdat de elektriciteitsmarkten in Europa in verbinding met elkaar staan, zou de regulering van de elektriciteitsmarkt idealiter in Europa worden bepaald. Maar terwijl in Nederland de elektriciteitsmarkt is ingericht volgens een “energy-only” markt waar vraag en aanbod de prijs bepalen, hebben vele andere landen inmiddels ook een “capaciteitsmarkt” waar investeerders geld kunnen verdienen als ze stand-by staan en dus zorgen voor flexibiliteit. Duitsland bijvoorbeeld heeft besloten tot een capaciteitsmarkt van iets minder dan 5000 MW, 5 % van het gemiddelde piekvraag.
Politieke partijen
De verkiezingen zijn in aantocht en nu Nederland eindelijk momentum begint te ontwikkelen voor de energietransitie, zou je verwachten dat verkiezingspartijen uitgebreid aandacht besteden aan de organisatie van de energiemarkt. Hoe worden in een geliberaliseerde elektriciteitsmarkt investeerders gestimuleerd investeringen te doen in back-up en flexibiliteit zodat het elektriciteitssysteem op 100% duurzame energie kan draaien? Helaas. In geen enkel verkiezingsprogramma van de twaalf grote politieke partijen voor de komende tweede kamer verkiezingen komt het onderwerp elektriciteitsmarkthervorming voor.
Energieagenda
Minister Kamp houdt het in zijn Energieagenda bij “het versterken van de elektriciteitsmarkt” en schrijft dat tot 2035 de leveringszekerheid geen probleem is. Maar een vergelijking met Duitsland suggereert dat een capaciteitsmarkt of een ander mechanisme om de fluctuaties van zon en wind te accommoderen al over enige jaren relevant zou kunnen worden. Ondanks veel ferme uitspraken over 100% hernieuwbare elektriciteit, houden de politieke partijen zich stil over de organisatie van de markt – toch bij uitstek een politieke vraag en een overheidstaak.
Het is hoog tijd dat politiek en overheid zich buigt over de vraag hoe we de markt zo organiseren dat investeerders kunnen blijven investeren in de bouw van een 100% groen én betrouwbaar systeem. Laten we hopen dat in de komende verkiezingsperiode onze politici gedwongen zullen worden ook antwoord te geven op deze vragen.
Oscar Kraan
doet als promovendus onderzoek naar het gedrag van investeerders binnen de elektriciteitsmarkt
Gert Jan Kramer
is hoogleraar duurzame energieopwekking.
(Beiden zijn verbonden aan het Copernicus Instituut voor Duurzame Ontwikkeling van de Universiteit Utrecht)
Bron: www.fluxenergy.nl